Ze kijkt naar een foto, verkleurd en vergeeld Wat wazig, onduid'lijk, vertoont zich het beeld Dat beeld op die foto kent zij maar alleen Haar zoon, die soldaat was, zo lang al gelee' Haar zoon, die soldaat was, zo lang al gelee' In 1940, hij kreeg toen bericht Dat hij zich moest melden, want dat was zijn plicht Hij haatte de oorlog, had hij vaak verteld Hij was maar zo jong nog en hij was geen held Hij was maar zo jong nog en hij was geen held Zij ziet hem nog weggaan, die avond in mei En glimlachte: "Moeder, het is gauw voorbij" En op het station zei hij: "Wees maar niet bang Die oorlog in Holland, die duurt niet zo lang Die oorlog in Holland, die duurt niet zo lang" Hij schreef haar een briefje, een enkele keer Daarna hoorde zij van haar jongen niets meer En wat zij gevreesd had, gebeurde toen toch Hij vocht aan de Grebbe, daar rust hij nu nog Hij vocht aan de Grebbe, daar rust hij nu nog Ze kijkt naar een foto, verkleurd en vergeeld Wat wazig, onduid'lijk, vertoont zich het beeld Een briefje ernaast, dat hij haar eenmaal schreef Is alles wat toen van jaar jongen nog bleef Is alles wat toen van jaar jongen nog bleef