Op een heuveltop zit een jongen heel alleen Heel alleen Hij kijkt voor zich uit, voorbij de horizon En dit jongetje had een drom dat ooit dat de man op de maan Naar beneden komt En hem bevrijdt van al zijn pijn Met witte veren in zijn hand oefende hij dag en nacht Dag en nacht Maar de mooie maan bleef buiten zijn bereik En dit jongetje is nu volwassen Hij heeft geleerd tot zijn spijt Het zijn dromen en die komen niet altijd uit