Tom: Dm | Am | Am | B7 | B7 | | Dm | Dm | Am | Am | | Am | Am | B7 | B7 | | Dm | Dm | Am | [Verse 1] Am Ik ben vanochtend opgestaan. B7 Trok mijn soldatenkissies aan. Dm En mijn te korte lange broek. Am Mijn rooie pet is effe zoek. [Verse 2] Am En in mijn zwarte leren jak. B7 Daarop geverfd drie keer hup. Dm En dan de naam van onze club. Am Am Am Dm Voel ik me wel op mijn gemak. [Verse 3] F C Ik smeer op mijn gemak nog eerst 'n boterham. C En dan pak ik mijn seizoenskaart. D Ik schenk een bakkie leut wat suiker. F A En een flinke scheut uit onze melkkan. A Dm F C D B E A A Olééé.....olé.....olé, o'lééé... [Verse 4] Am Am En zo tegen elf uur. B7 Pak ik mijn tassie van de muur. Dm En ook mijn ketting gris ik weg. E Am M'n rooie pet goddank terecht. [Verse 4] Am Am En met die dikke van hiernaast. B7 M'n voetbalvriend en moddervet. Dm Van al het bier en frietjes met. E Am Am Am Dm Trek ik al roepend door de straat. [Verse 5] F C 't Duurt nog wel een uur voordat ik binnen mag. C Want het begint pas om 1 uur. D Dus intussen zijn die bolle. E En ikzelf rond aan het dollen. Am Met de voetbalvlag. Am Dm F C Cm D B E A5 Olééé.....olé.......olé, o'lééé... [Verse 6] E nAm F Am Zo lopen wij de straten rond. B7 Ik gooi de fietsen op de grond. Dm Die bolle walst de wielen plat. F Am 't Is altijd lachen met die gast. [Verse 7] Am F Am Kwaaie koppen uit het raam. B7 En wij lachen, gieren, brullen. D Laat die ouwe zakken lullen. E Am Am Daar trekken we ons niks van aan. [Verse 8] Dm Knappe vent die ons nog in kan halen. E C C Met z'n tweeën zijn we toch niet bang. D Ze moeten het wel pikken. E A Roepen naar mij en naar die dikke: Vandalen! Huh! Dm F C Cm D E A Olééé.....olé.......olé, o'lééé... [Verse 9] Am Am En is het eindelijk 1 uur. B En alle oudjes overstuur. Dm Van ons het voetballegioen. E Am Am Dan moeten onze jongens het gaan doen. [Verse 10] Am Al snel gejuich maar ook gejouw. B7 En bij 0-2 worden we nijdig. Dm Want de scheids is weer partijdig. E Am Am Die gast, die lusten we wel rauw. [Verse 11] Dm Na afloop van de wedstrijd met zijn allen bij vak acht. F C C En bij de grote poort. D Want onze wraak is zoet. E A Die gasten hebben het tegoed, van toen bij Feyenoord. Am Dm F C D E A Am Olééé.....olé......olé, o'lééé... [Instrumental] | Am | F Am | B7 | B7 | | Dm | Dm | A | A | | Am | F Am | B | B | | Dm | Dm E | Am | Am | | Dm | F | C | C | | D | E | Am | A | | Dm | F | C | C | | D | D E | A | [Verse 12] Am F A# Zo vluchten zij de bussen in. A#7 Met de ME d'ertussenin. Dm En door 't van angst beslagen raam. E Am Gaan d'er wat stenen achteraan. [Verse 13] Am F B7 En komen zij er zo vanaf. B A# D Dan krijgt een ander wel de schrik. E A En of dan pakken we een flikker ergens achteraf. A Da's ook mooi werk. [Verse 14] Dm F Morgen gedwee, verplicht te wachten loket twee. C Is er een baantje hier? C D E Maar volgende week spelen ze uit, onze FC. Am En nou dan gaan we weer. [Outro] Am Dm F C D B E A Am Olééé.....olé......olé, o'lééé...