Liselore Gerritsen

Mijn hond

Liselore Gerritsen


Hij is zo stom, m'n hond
Mechanisch slaat zijn staart
3 x Tegen de grond als hij me ziet
M'n hond
Bruingevlekt is m'n hond
Dombegerig staart zijn oog
Glazig naar m'n mond als hij me een koekje ziet kauwen
M'n hond
Hij kwijlt daarbij, m'n hond
Zijn kaken hangen slap
Domme, domme, oliedomme vleesgeworden hebzucht is
M'n hond
Hij doet alles voor koekjes, m'n hond
Zit als een idioot mooi
Of slaat stom met z'n poot richtingloos door de lucht
Als ik om een poot vraag van m'n hond
Hij doet dat ook voor een steentje, m'n hond
Hij denkt dat het weer een koekje is
Hij blijft dat denken, ook al vreet ie steentjes
M'n hond
Ik laat hem uit, m'n hond
Vreugdeloos besnuffelt hij z'n vrinden
Even later pist hij bevend waar z'n vrinden pisten
M'n hond
Achter de deur ligt hij stom te waken, m'n hond
De sleutel in het slot verwekt het hysterisch welkomstgehuil
Of ik het ben of een inbreker, dat maakt niet uit
Als we maar een koekje bij ons hebben voor m'n hond
Uitermate laf is m'n hond
Wie mij wil bestelen, verminken of verkrachten
Hij vreze niets
Het kost hem alleen maar een koekje voor m'n hond
Hij is zo stom, m'n hond
Mechanisch slaat zijn staart
3x Tegen de grond als hij mij ziet
M'n hond
Hij vermoedt nog niets, m'n hond
Maar straks krijgt hij een koekje en daarna nog een koekje
En daarna nog
En daarna nog
En daarna nog een koekje
En god hebbe zijn asiel