De koeien die loeien en dragen een bel En de Alphoren zingt er van Wilhelm Tell En daar in Tell's land wordt, dat staat toch rotsvast Al eeuwenlang goed op tellen gepast Ze tellen en tellen, geen frank wordt vermorst Dat zijn Tell's appels, appels voor de dorst refrain: Want safe zijn de Zwitserse banken En safe zijn de Zwitserse franken Je klimt en je klimt, en bereik je de top Wat let je, dan zet je je centen daar op Waarvoor ze je ook nog bedanken Ze hebben er bergen, ja, bergen van geld Van wie al dat geld is wordt nimmer verteld 't Bankgeheim geldt voor al 't geld dat er zit Of dat nou pikzwart of grijs is of wit Een kappitalist of dictator of vorst Heeft daar Tell's appels, appels voor de dorst refrain