Zij was een heel aardig vrouwtje Ze werkte voor geld op kantoor Maar op een zekere morgen Ging zij met de chef er vandoor Heel haar leven zou ze nu willen geven Om terug te gaan naar haar man en d'r kind Heel haar leven zou ze nu willen geven Was zij maar nooit door die ander bemind Maar 't is te laat, haar plaats is bezet Hij kreeg verkering met een meisje, heel net Heel haar leven zou ze nu willen geven Was zij maar nooit door die ander bemind Zo ging dat, als altijd, weer over De zonde is nu haar vertier Nu is er voor haar geen uitweg Verdrinkt haar verdriet in 't bier Heel haar leven zou ze nu willen geven Om terug te gaan naar haar man en d'r kind Heel haar leven zou ze nu willen geven Was zij maar nooit door die ander bemind Maar 't is te laat, haar plaats is bezet Hij kreeg verkering met een meisje, heel net Heel haar leven zou ze nu willen geven Was zij maar nooit door die ander bemind Was zij maar nooit door die ander bemind