"Ach", zei laatst een oude dame "Waarom maakt men ons wijs: Waarom word ik niet eenvoudig Vroom en rustig, oud en grijs Waarom altijd door maar zoeken Waarom al dat nieuw gedoe Als ik steeds maar weer moet denken Doe ik 's nachts geen oog meer toe Al wat jong is, al wat oud wordt Zucht en zoekt in ergernis Naar wat in de nieuwe wereld Immers niet te vinden is Naar een stut en naar een steuntje In een af-gevlakte tijd En naar troost en naar begrijpen In z'n kille eenzaamheid Elke dag brengt nieuwe dingen Nieuwe pluizers, nieuw geluid Ieder zoekt, en ieder peutert Overal de schroefjes uit; En wat ik op school geleerd heb Telt al bijna niet meer mee Oma's ouwe bovenmeester Rust naast oma's dominee Alles wat ik vroeger leerde En nu nog zo'n beetje ken Moet ik allemaal vergeten Nu ik oud geworden ben Al dat ouwe en vertrouwde Heeft opeens geen waarde meer "Oma g'looft", zo spot m'n kleinzoon "Nog aan Onze Lieve Heer!"... "