Tom: G C G D G G/F# G/E G/D G G/F# G/E G/D [Verse 1] G G G G Morgen kost een pakje boter twintig gulden en de suiker is veel duurder nog dan goud. C G A7 D7 Misschien moeten we ook nog gaan betalen, gewoon omdat je van 'n ander houdt. G G C G De prijs van sterke drank die zal dan stijgen, toch neem ik voor ‘t slapengaan een slok. C G D7 G Ik ben niet op de wereld om te huilen, m’n geld bewaar ik in ‘n ouwe sok. [Chorus] C G D7 G Hoera, retteketet, één hoeraatje voor het fijne cabinet. C G D7 G Hoera, retteketet, één hoeraatje voor het fijne cabinet. [Verse 2] G G G G De aardappels dat zijn nou diamanten en de staat wordt van het aardgas moddervet. C G A7 D7 De belasting is een zaakie van contanten, oh, wat hebben we een heerlijk cabinet. G G C G Straks dan moeten we nog stevig gaan betalen om te ruiken en te kijken om je heen. C G D7 G Pas als je dood bent en je eenzaam wordt begraven dan laat ‘t cabinet je graag alleen. [Chorus] C G D7 G Hoera, retteketet, één hoeraatje voor het fijne cabinet. C G D7 G Hoera, retteketet, één hoeraatje voor het fijne cabinet. [Verse 3] G G G G Je kunt om al die zaken wel gaan grienen, dat helpt geen fluit dus schenk nog maar eens in. C G A7 D7 Twee gulden voor een litertje benzine, huilen is te laat, het heeft geen zin. G G C G Het gaat erom: we moeten blijven lachen, het leven is te mooi en veel te kort. C G D7 G Wat komen moet dat zal toch wel gebeuren, we zien het wel hoe 't volgend jaar weer wordt. [End-Chorus (Repeat And Fade Out)] C G D7 G Hoera, retteketet, één hoeraatje voor het fijne cabinet. C G D7 G Hoera, retteketet, één hoeraatje voor het fijne cabinet.