G: heel veel vissen zwemmen in een kom elke dag hetzelfde rondje S: o zeg, dat lijkt mij stom G: en heel veel vogels zitten in een kooi ze kunnen nooit eens lekker vliegen S: o zeg, en dat is juist zo mooi refrein S: ik ben zo blij dat ik een hond ben G+K: hij is zo blij dat hij een hond is S: ja, ik ben zo blij dat ik een hondje ben G: grote mensen hebben altijd haast ze nemen nooit de tijd S: oh, dat is niks voor mij G: en kippen zitten altijd in een hok en als de mensen honger hebben S: ja, dan eten ze ze nog op S: dan ben ik blij dat ik een hond ben G+K: dan is hij blij dat hij een hond is S: dan ben ik blij dat ik een hondje ben S: ik snuffel lekker aan een paal K: hij snuffelt aan een paal S: ik plas tegen de bomen K: hij plast tegen de bomen S: ik hoef nooit naar school te gaan K: nooit te gaan S: dus laat mij maar lekker dromen K: oe oe oe oe refrein 2x K: hij is zo blij dat hij een hond is hij is zo blij dat hij een hond is hij is zo blij dat hij een hondje is