Liselore Gerritsen

Osewiesewose

Liselore Gerritsen


Osewiesewose wiesewalla kristalla
Woont op driehoog-achter, is tachtig en is de tel kwijt
Osewiesewose heeft geen geheugen meer
Osewiesewose heeft dus geen spijt
Met bellen aan haar voet en rozen op haar hoed
Wiegt ze mee met de wind, het spelende kind
In haar bloed

Osewiesewose weet niet wat voor dag het is
Osewiesewose vindt dat dat eig'lijk niet geeft
Want morgen is een raadsel dat onoplosbaar is
Gisteren vergeten of nooit geweest
Haar ogen zijn gericht als op een vergezicht
Toch vreemd hoe ontheemd lijkt wie niet meer weet
Wat hij mist

Want als ze langskomt vluchten de vogels
Katten schieten weg in de boom
Kind'ren giech'len in de portieken
Al wat leeft ontloopt haar of wijst naar z'n hoofd
Maar met bellen aan haar voeten en rozen op haar hoed
Wiegt ze mee met de wind, het spelende kind
In haar bloed

Osewiesewose wiesewalla kristalla
Is met haar gedachten niet achter en ook niet vooruit
Osewiesewose in haar mantel van eenzaamheid
Vol van een geluk dat niemand begrijpt
En de pijn die zij zich doet aan de kou die zij ontmoet
Wordt gestild door het kind, dat haar troost als het zingt
Osewiesewose wiesewalla kristalla
Osewiesewose wiesewalla kristalla