Tom: Am F C G C F C G G F C G C F C G G [Verse 1] F C G C Je kan een prachtig liedje zingen terwijl geen kat het hoort. F C G G Je kan dansen zonder dat een hond het ziet F C G Am en dan apetrots beweren dat je zeker niemand stoort, G G G E maar echt gezellig is dat wel niet. [Chorus] F Dm G C Alles is leuker (alles is leuker) met je vrienden om je heen. F Dm G G Alles is leuker (alles is leuker), wnat alleen is maar alleen. G Am G C Fiets niet bij mij weg, rij mijn huisje niet voorbij, F C G C alles is veel leuker met je vrienden aan je zij. [Verse 2] F C G C Je kan praten in jezelf, solo spelen op trompet, F C G G de grote held zijn in een tof computerspel. F C G Am Je kan skaten in je eentje maar bij echte grote pret G G G E besef je wel vroeger of later wel: [Chorus] F C G C Alles is leuker (alles is leuker) met je vrienden om je heen. F C G G Alles is leuker (alles is leuker), niemand is graag lang alleen. G Am G C Fiets niet bij mij weg, rij mijn huisje niet voorbij, F C G C C C C alles is veel leuker met je vrienden aan je zij. [Bridge] F E Am Am Wees er maar vast en zeker van F C A G A dat alles altijd leuker kan Dm A Dm Dm E met al je vrienden om je heen Am F G G E E want alleen is maar alleen. [Chorus] F C G C Alles is leuker (alles is leuker) met je vrienden om je heen. F C G G Alles is leuker (alles is leuker), niemand is graag lang alleen. G Am G C Fiets niet bij mij weg, rij mijn huisje niet voorbij, F C G E alles word pas veel super bangelijk en mega kei veel [End-Chorus] F C G C leuker met je vrienden om je heen, F C G G alles is veel leuker, niemand is graag lang alleen; G Am G C leuker en gezelliger voor jou maar ook voor mij; F C G C alles is veel leuker met je vrienden aan je zij. [Outro] F C G E Am F C C