Joop Visser

Haarlemmermeer

Joop Visser


Hij had haar van alles gegeven
Ze kenden elkaar van de zaak
En toen ze de liefde bedreven
Was 't ook al de eerst keer raak
Maar dat wist ze nog niet en hij fluisterde teer
"Morgen zie ik je weer
In 't hart van de Haarlemmermeer"
In 't hart van de Haarlemmermeer
Morgen, morgen zie ik je weer
In 't hart van de Haarlemmermeer

Dus ze was wel een beetje geschrokken
Toen ze in haar ochtendblad las
Dat 'ie stiekem alleen was vertrokken
Dat wil zeggen: alleen met de kas
En haar liet 'ie stikken, die mooie meneer
In 't hart van de Haarlemmermeer
In 't hart van de Haarlemmermeer
In 't hart van de Haarlemmermeer
En haar liet 'ie stikken, die mooie meneer
In 't hart van de Haarlemmermeer

Maar 't toppunt van al haar allende
Kwam eigenlijk later pas
Toen hij haar niet meer herkende
Toen 'ie eenmaal minister was
Of staatssecretaris, dat wist ze niet meer
In 't hart van de Haarlemmermeer
In 't hart van de Haarlemmermeer
In 't hart van de Haarlemmermeer
Of staatssecretaris, dat wist ze niet meer
In 't hart van de Haarlemmermeer

En ze dacht "er valt niets meer te hopen"
En ze dacht "die komt nooit meer terug"
En ze is naar de Ringvaart gelopen
In 't donker, alleen naar de brug
En troosteloos stroomde de regen neer
In 't holst van de Haarlemmermeer
In 't holst van de Haarlemmermeer
In 't holst van de Haarlemmermeer
En troosteloos stroomde de regen neer
In 't holst van de Haarlemmermeer

Maar toen kort daarna de regering
Was gevallen tot veler vermaak
En verder tot niemands lering
Toen kwam 'ie weer terug in de zaak
En trouwden ze deugdzaam in alle eer
In 't hart van de Haarlemmermeer
In 't hart van de Haarlemmermeer
In 't hart van de Haarlemmermeer
Als je zoiets hebt meegemaakt dan lul je niet meer
In 't hart van de Haarlemmer-
Hart van de Haarlemmer-
Hart van de Haarlemmermeer