Ernst Van Altena

Ballade Om Genade

Ernst Van Altena


Aan bedelbroeder en devoot
Karthuizer monnik, celestijn
Aan luibuis en aan lammepoot
Aan dienstertjes in bombazijn
En lieve liefjes in satijn
Aan labbekakken die verguld
Maar onbekwaam in liefde zijn
Smeek ik genade voor mijn schuld

Aan meisjes, die met borsten bloot
Op jacht zijn naar een rijke buit
Aan kramers, beed'lend voor hun brood
Aan muitemaker en schavuit
Aan elke zot die met gefluit
Zijn maag en onze oren vult
Aan schandknaap en soldatenbruid
Smeek ik genade voor mijn schuld

Maar geen genade van de hond
Die mij zo snood en boos verried
Die maakte dat mijn maal bestond
Uit drek en water, anders niet
Een wind is al wat ik hem bied
Zo is mijn hart van haat vervuld
Maar ter voorkoming van verdriet
Smeek ik genade voor mijn schuld

Heer, sla hem alle ribben in
Ram hem met mokers op zijn bult
Op deze wijs, in deze zin
Smeek ik genade voor mijn schuld