De koopmansbeurs van Amsterdam Van bimmele, bommele, bam Die er na veel gezanik kwam Van bimmele, bommele, bam Was voor de stad 'n duur present Want 't kostte ons een lieve cent... Vlakbij de Dam Van bimmele, bommele, bam! Toen deze beurs geopend was Van bimmele, bommele, bam Was ieder beursman in z'n sas Van bimmele, bommele, bam Men zei: "Al komt ze ons wat duur 't Is 'n mooi brok architectuur Vlakbij de Dam" Van bimmele, bommele, bam Maar zoals het zo dikwijls gaat Van bimmele, bommele, bam Nu deze beurs 'n tijdlang staat Van bimmele, bommele, bam Vindt men dat ze zo mooi niet is 't Lijkt te veel 'n gevangenis Vlakbij de Dam Van bimmele, bommele, bam Men heeft ook menig fout ontdekt Van bimmele, bommele, bam Men pruttelt tegen d'architect Van bimmele, bommele, bam Zelfs vraagt men zich van tijd tot tijd: "Hoe raken wij dat onding kwijt?" Vlakbij de Dam Van bimmele, bommele, bam De effectenlui, 't was te voorzien Van bimmele, bommele, bam Zijn 't sterkste in de contramien Van bimmele, bommele, bam Hun uitvlucht was: ze is te klein En daarom kochten ze een terrein Vlakbij de Dam Van bimmele, bommele, bam Zij stichten nu een nieuw gebouw Van bimmele, bommele, bam Dat niet zo licht verzakken zou Van bimmele, bommele, bam Al kost hun dat een lieve duit Met gokken komt er dat gauw uit Vlakbij de Dam Van bimmele, bommele, bam De makelaars en assuradeurs Van bimmele, bommele, bam Willen ook misschien een eigen beurs Van bimmele, bommele, bam Zij vrezen, en da's niet zo mal Dat men ze daar begraven zal Vlakbij de Dam Van bimmele, bommele, bam De handelaars in hout en graan Van bimmele, bommele, bam Zullen op hun beurt aan 't bouwen gaan Van bimmele, bommele, bam De schippers krabben in hun baard En stichten zich een eigen haard Vlakbij de dam Van bimmele, bommele, bam Zo krijgen we na 'n jaar of wat Van bimmele, bommele, bam Misschien zes beurzen in de stad Van bimmele, bommele, bam Het zal verduiveld aardig staan Als al die bengels luien gaan Vlakbij de Dam Van bimmele, bommele, bam Dan wordt de ouwe beurs misschien Van bimmele, bommele, bam Net als het Park, een beurs-ruien Van bimmele, bommele, bam Toch hebben wij een troost altijd: 't Is niet de eerste stommiteit Vlakbij de Dam Van bimmele, bommele, bam!