Conny Vandenbos

Hij Was Pas Achttien

Conny Vandenbos


Hij was misschien net achttien jaar
Breed in de schouders, goudblond haar en bruine ogen
Wij waren buiten het was warm
Hij streelde zacht mijn bovenarm, leek onvertogen
Ik was nerveus, schikte mijn haar
En verfde toen mijn wimpers maar
Ik was verlegen
Een vreemde gold sloeg door mijn bloed
Hij lachte wat en zei: wat goed
Jij valt niet tegen

Hij was misschien net achttien jaar
Maar dat was nauwelijks een bezwaar
Van mij te winnen
Geen zoete woordjes, liefste mijn
Hij was hardhandig, deed mij pijn
Bij het beminnen
Hij was een woeste stroom van lust
Heeft mij hartstochtelijk gekust
Zonder veel woorden
En op het zacht en geurend mos
Maakte hij al mijn zinnen los
En ik ontspoorde

Hij was misschien net achttien jaar
Mijn grootste minnaar, mijn barbaar
Mijn heer, mijn ridder
Hij zei alleen: het was niet slecht
Het klonk brutaal maar heel oprecht
Van een aanbidder
Hij heeft zich aangekleed en ging
En liet mij de herinnering
Aan wat wij deden
Ik liet hem gaan, ik wou het niet
Maar dacht waarom, wij stonden kiet
Hij was tevreden
Ik nam een spiegel, deed mijn haar
Keek naar mijzelf, het was liefde maar
Hij was pas achttien
Op dat moment begreep ik pas
Dat ik al twee keer achttien was