De jonge, koene ridder Galoppert wanhopig door het bos Op zoek naar zijn verre geliefde Die ergens op een landgoed Haar echtgenoot dient Hij zal haar nooit krijgen Want hij is maar 'n soldaat De laagste onderdaan van de koning En zij: de adellijke dame, de vrouw Van de kasteelheer Het zal nooit wat worden Want op de maatschappelijke ladder Van het feodale stelsel scheelt 't Nogal wat sporten Verlangen... uren, dagen, maanden Verlangen... kilometers, mijlen ver Waarom ver-lang-en Als je kunt verkorten